Eten proeven lijken we met onze mond te doen. Maar smaak zit vooral in de hersenen. Hoe zit dat? Smaak is een samenraapsel van al onze zintuigen: gehoor, gevoel, geur, zicht, proeven met de tong, en hoe we denken dat het eten zal smaken.
Ieder van ons heeft een andere smaak. Ongeveer een derde van de mensen vindt koriander smaken als zeep. De andere mensen vinden dat het fris en citrusachtig smaakt. Sommige mensen proeven geen kurk in wijn en er zijn mensen die vanille niet kunnen ruiken. Smaak verschilt dus echt per persoon maar kan ook verschillen per tijdsperiode. De smaakpapillen op de tong worden over de loop van 4-6 weken vervangen. Als iemand 4-6 weken lang een andere eetgewoonte aanhoudt, zal de smaak veranderen. Dit is vooral goed te merken als je stopt met zout eten. De eerste weken zal het eten smakeloos en flauw zijn, maar daarna smaakt het weer net zo zout als vanouds. De smaakpapillen hebben zich aangepast.
Er is een verrassend onderzoek geweest naar smaak. Bij mensen bij wie de smaakpapillen op de tong niet meer werken is de smaak nagenoeg onaangetast. Dit komt omdat smaak wordt samengesteld uit de zes zintuigen: reuk, smaak, gehoor, zicht, tast en geest.
- Reuk zorgt voor het grootste deel van smaak. Met je neus dicht proef je het verschil niet meer tussen een appel en een ui, en wijn of koude koffie.
- Zicht heeft invloed op de smaak door kleuren. Rode frisdrank met evenveel suiker smaakt zoeter dan groene frisdrank, toetjes zijn zoeter op een wit en rond bord. Als wijn in een ondoorzichtig glas zit, kunnen zelfs wijnkenners het verschil niet meer proeven tussen rode en witte wijn.
- Het geluid van een koffiemachine bepaalt hoe koffie smaakt. als de machine hoge, scherpe geluiden maakt, smaakt de koffie minder lekker, ook al is het exact dezelfde koffie als uit een andere automaat.
- Tastzin is ook belangrijk voor de smaak. Als we eten met de handen smaakt het bijna altijd lekkerder. In dure restaurants wordt ook gevarieerd met texturen: je kunt bijna altijd wel iets krokants vinden op je bord.
- Je geest bepaalt veel van je smaak. De eerste hap smaakt het best en blijft ons het meest bij. Eten smaakt lekkerder als het zelf is gemaakt, en koffie is het lekkerst in je eigen vertrouwde mok.
Als je wilt afvallen, zorg dat je eten zoveel mogelijk smaak en textuur heeft. Dan eet je minder. En onthoud: hoe meer eten je ziet, hoe meer je eet. Blijf rond maaltijden dus weg van voedselreclames en kookprogramma’s.